Er zijn drie nieuwe interacties opgenomen in de medicatiebewaking:
IA 841 repaglinide – clopidogrel
Deze combinatie werd al bewaakt in IA 244 repaglinide - CYP2C8-remmers. De bewaking is nu uitgesplitst in IA 244 repaglinide – gemfibrozil en IA 841 repaglinide – clopidogrel.
IA 842 antitrombotica – BTK-remmers
De bruton's tyrosinekinase (BTK)-remmers acalabrutinib, ibrutinib, pirtoprutinib en zanubrutinib remmen de trombocytenaggregatie waardoor het risico op bloedingen verhoogd kan zijn bij gelijktijdig gebruik met antitrombotica. Hieronder vallen de antistollingsmiddelen (DOAC’s en heparines) en de trombocytenaggregatieremmers (TAR), waartoe salicylaten en P2Y12-remmers behoren.
IA 844 voriconazol – letermovir
Voriconazol is een substraat van CYP2C19. Letermovir induceert vermoedelijk CYP2C19. Gelijktijdig gebruik kan een verlaging in de voriconazolspiegel veroorzaken, waardoor subtherapeutische spiegels kunnen ontstaan. Hierdoor kan de behandeling met voriconazol onvoldoende effectief zijn.
Eén interactie vervalt:
IA 336 statines – fusidinezuur
Aangezien er geen geneesmiddelen met fusidinezuur in orale toedieningsvorm in de handel zijn, vervalt deze interactie.
Elise Ringeling
Apotheker Medicatiebewaking
Meer weten?
Heeft u vragen over de inhoud van dit artikel of wilt u meer weten over onze medicatiebewaking?